Het ging niet goed met morkreb. De nacht ervoor op het geiserveld was zijn rechterarm en -schouder verbrand geraakt, en zonder medicijnen, rust en verzorging hadden die verwondingen erger uitgepakt dan ze in eerste instantie hadden geleken. Nu lag hij rillend van de koorts verscholen in een holte in een laag, uitgestrekt bramenstruikgewas dat hij had ontdekt. Hoewel de bramen niet vergiftigd waren, en hij dus niet direct van honger en dorst om zou komen, waren de ontstoken brandwonden wel degelijk levensbedreigend en dat wist hij. Een gedeelte van de tijd was hij bij bewustzijn, luisterend naar de onheilspellende geluiden van het bos in de nacht, dan weer zakte hij weg in ijldromen. Toen hij geritsel hoorde, de struiken bewogen en Hank opeens voor zijn neus stond die geschrokken op hem neerkeek, duurde het dan ook even voordat hij besefte dat dit geen droom was. 'Hoi,' mompelde hij schor met een flauwe glimlach, 'kom je me uit mijn lijden verlossen?' Hank keek hem vol afschuw aan. 'Wat is er met je gebeurd?' fluisterde de tribuut. 'Te heet gedoucht,' antwoordde morkreb, zijn ogen draaide weg en hij was bewusteloos. Hank verkeerde in twijfel. Het zou verstandig, zelfs menslievend van hem zijn om Morkreb nu hij niet bij bewustzijn was te doden, maar hij kon het niet over zijn hart verkrijgen. Als iemand hem tijdens het Bloedbad bij de Hoorn had aangevallen of hem op een ander moment kwaad had willen doen, dan zou hij niet hebben geaarzeld, maar op deze manier? Binnensmonds vloekend liet hij zich op zijn knieën naast Morkreb zakken en goot een deel van zijn water - er was een beek vlakbij waar hij de fles zo bij zou kunnen vullen - over Morkrebs wonden, toen verwijderde hij heel voorzichtig de stof. Het zag er zo vreselijk uit dat Hank op zijn tanden moest bijten om zijn blik niet af te wenden en over te geven, maar haalde de verbandrol die hij had bemachtigd tevoorschijn, en de wondzalf die hij eerder van zijn coach had ontvangen toen hijzelf gewond was geraakt na een val. De zalf was wel niet voor brandwonden, maar het was algemeen bekend dat Capitool-medicijnen wonderen verrichtten, en in ieder geval zou het Morkrebs arm en schouder ontsmetten. Voorzichtig bracht hij de zalf aan, en hij was net bezig om de wonden te verbinden toen Morkreb weer bijkwam. 'Wat doe je?' mompelde hij niet-begrijpend. 'Je leven redden,' antwoordde Hank verbeten. 'Ik zie liever jou winnen dan één van de Beroeps, en daarbij is de kans nog steeds groot dat je het niet lang maakt met zo'n zware verwonding. Maar dan gun ik het je om ten onder te gaan, en niet rillend van de koorts weg te kwijnen in een struikgewas…' 'Dank je,' antwoordde Morkreb. De Capitool-zalf leek inderdaad nu al koortswerend te werken want zijn hoogrode gezicht werd nu lijkbleek - wat nog steeds niet echt goed was, maar toch iets beter leek - en zijn stem klonk iets vaster.
Op dat moment hoorden ze stemmen en ze keken elkaar aan. In dit stadium van het spel een pact, kon maar één ding betekenen: Beroeps.
'Oké, mijn beurt', siste Morkreb. 'Wegwezen jij!'
'Je bent te zwak om iets tegen ze te kunnen beginnen,' protesteerde Hank zacht maar dwingend. 'Als ik nu ga, ben je alsnog dood.'
'Klopt,' beaamde Morkreb. 'Maar als jij nu niet gaat, zijn we zo meteen allebei dood, en daar schiet jij noch ik iets mee op. Ik hou ze tegen zolang ik kan, en misschien merken ze je aftocht niet eens als ik die dek. Wegwezen nu!'
Hank aarzelde nog een seconde maar kwam toen in gebukte houding overeind. Nog eenmaal keek hij naar zijn vijand en vriend, en knikte hem toe. Het was een klein gebaar waar veel betekenis in lag. Toen sprintte hij weg.
Moeizaam kwam Morkreb overeind, er daarbij voor zorgend dat de struiken om hem heen een hoop lawaai maakten, en hij kreunde een paar keer om de tributen die naderden duidelijk te maken dat hij gewond was. Ze waren met z'n drieën: Debby, Backslide en Miejster, die laatste had zich weer bij de anderen gevoegd in de loop van de ochtend na zijn piranha-avontuur. Na een kort overleg hadden ze besloten om samen nog één tribuut uit te schakelen. Hierna zou het pact verbroken worden en waren de Beroeps net zo vogelvrij als iedere andere nog overgebleven tribuut.
'Het is die van district 8!' riep Miejster triomfantelijk. Ze waren het er alledrie over eens geweest dat de jongen van dit district nog wel eens de gevaarlijkste niet-Beroeps in de arena zou kunnen zijn.
'En hij ziet er niet zo goed uit,' giechelde Debby, met een wat krankzinnige blik in haar ogen.
'Een treintje ging uit rijden van district 6 naar 't Capitool!' zong Backslide. Het was een bekend kinderliedje uit district 6 dat verwees naar hun specialiteit: transport. Langzaam en dreigend kwamen de drie dichterbij, totdat Morkreb - die niet al te vast op zijn benen stond, maar wel zijn zelfgemaakte speer steekklaar hield - geen kant meer op kon.
Het gevecht dat volgde was er één zonder weerga, en hoewel geen van de betrokkenen zich daarvan bewust was, hield heel Panem achter de televisie zijn adem in terwijl ze het ongelijke maar grandioze strijd volgde. Morkreb vocht als een bezetene, als een tribuut die wist dat hij ging sterven maar vastberaden was om wat te maken van die dood. Backslide viel, niet dodelijk gewond, maar wel genoeg om hem even uit te schakelen. Debby werd in het nauw gedreven, en op het moment dat ze dacht dat haar laatste seconde in ging, verdween Miejsters mes in Morkrebs nek. Bloed welde op en begon daarna razendsnel te stromen. Morkreb zakte op zijn knieën en viel daarna op zijn zij.
Op het moment dat het kanonschot klonk, was Hank al bijna drie kilometer bij de Beroeps vandaan.
EINDE VAN DE NACHT.
Morkreb sterft, hij was beschermengel.
Deze dag eindigt woensdagavond 22:00uHoewel dit verhaal wel naar Morkrebs rol verwijst, zegt het verder niks over wie hij heeft beschermd en/of dat effectief was en/of wie hem doodde. Ik zeg het nog maar eens