same as always: verhaaltje + rode eronder = besluit
---
Eindelijk zaten ze op het piratenschip. We dachten dat het nu dan eens vlot zou gaan, geen problemen, geen miserie, maar dat was maar ijdele hoop. De storm die aan het opsteken was, bouwde op in kracht en het leek alsof het wel een tyfoon zou worden. En nu ze op dit oude piratenschip zaten hadden ze de luxe die de technologische snufjes hen bracht niet. Op die luxe cruise werden de golven voor het grootste deel gedempt, maar hier, hier was het piratenschipje overgeleverd aan de wil van de golven.
Ondanks dat de kapitein en de (tijdelijke) stuurman ‘DrWho’ hen zoveel hadden gewaarschuwd en gevraagd dat ze beneden zouden blijven kwamen er toch enkelen terug naar boven. Iedereen was zeeziek, dit kwam door de nare nasmaak die de dood van Tachondar hen had nagelaten en vooral doordat het bootje wild heen en weer deinde op de steeds groter wordende golven. De ergsten onder hen konden zelfs niet stoppen met overgeven om eens naar adem te happen.
De zichtbaarheid was ook nihil, dit kwam niet alleen doordat de maan was afgeschermd door de wolken maar er hing een grauwe mist over het bootje. Het kon niet onheilspellender, net alsof het uit een slechtgemaakte horrorfilm kwam. Enkelen hielden hun dus stevig vast aan de reling van het schip, hopende niet geraakt te worden door de losliggende onderdelen die aan dek waren, of verzwolgen te worden door een gigantische golf, die af en toe wel eens over het schip heen spoelde.
Pas toen er enkele manestralen door de wolken heen schenen zag de stuurman een onbekende schim. Het leek wel 3 meter groot te zijn, maar liep als een mens, of toch op sommige ogenblikken. Soms sprong het van de ene kant naar de andere en leekt het meer op een dier en dan stond het terug weer recht en zette een paar passen verder. Eerst dacht hij dat het een flauwe grap was van een van de passagiers en besteedde er niet teveel aandacht aan, hij had al genoeg problemen om het roer recht te houden in dit weer. Maar toen dat wezen bijna de voorsteven genaderd had gedroeg het zich nog vreemder. Ja, hij was ervan overtuigd dat het geen mens was, want die bewegingen dat het had getoond waren bovennatuurlijk en hoe het nu sloop was praktisch onmogelijk voor een normaal iemand. Nadat hij enkele seconden aan het staren was zag hij het doelwit van dat rare wezen, ginder aan de ‘spits’ van het schip stond er nog een schim. Dit was wel een van de avonturier, hij had Morkreb zelf nog van bij hem weggejaagd omdat hij alles aan het onderkotsen was. Toen had deze zich maar alleen gezet waar hij niemand zou storen.
DrWho hoopte dat er niks zou gebeuren en seconden, die wel minuten leken, was het ook alsof er niets zou gebeuren. Het beest lag daar gewoon aan dek te wachten. Maar bij de eerste bliksemflits die uit de hemel losbarstte was het gebeurd. Het? Ja, wat was er eigenlijk gebeurt? Hij had het niet gezien, zo snel was het voorbij… een seconde?? Nee sneller. Daarbovenop was hij nog eens verblind door die flits, maar er was iets gebeurd. Hoe hij dat wist, was niet moeilijk… De 2 schimmen die er daarnet nog waren, zijn verdwenen.
Hij riep de kapitein erbij, maar deze zij dat het te gevaarlijk was om nu te gaan kijken. Dat je wel zot moet zijn om nu, in dit weer tot daar te proberen geraken. Dus wachtte hij maar met een bang hartje af totdat het onweer zou stoppen.
Toen de ochtend eindelijk aanbrak en de zee al een stuk kalmer was, ging de kapitein na of iedereen er nog was. Maar het ging zoals DrWho vreesde… iedereen was present, buiten morkreb. Hij deed dus zijn verhaal, maar niemand geloofde hem. Dus ging hij kijken of hij geen bewijs kon vinden van zijn bizarre verhaal. Alleen ging hij naar de voorsteven en zocht of hij iets vond… maar als er bloed was dan was dit weggespoeld door de regen en het zeewater. Toch vond hij een paar rare inkepingen in het hout een paar meter van waar morkreb stond, waarschijnlijk was dit waar het wezen op de loer lag en zich op zijn slachtoffer had afgevuurd. Pas toen hij het wou opgeven en zich omdraaide zag hij aan een van de spijlen van de reling iets hangen vanuit zijn ooghoek… een doek? Een klomp?? Hij keek nog eens en pas nu zag hij dat het een afgerukte hand was. Hij schreeuwde het uit van afschuw!
Toen de anderen er eindelijk bijkwamen zagen ze deze hand ook. Enkelen vielen flauw anderen moeten terug braken bij het zicht van een afgerukte hand, waar je een bot zag uitsteken en enkele spieren, of pezen, of wat dan ook zag los uit bengelen.
Nadat iedereen zich terug een beetje vermand had en zich normaal kon gedragen werd het verhaal van DrWho geloofd. Morkreb moest dood zijn. Hier aan boord was een wezen. Meer nog, dit wezen at mensen, ons, wij waren hier niet veilig! Was het wel een echt wezen? Was het geen spook? Want toen we in het schip zaten hadden we het toch direct doorzocht en niks speciaals gevonden dat een aanwijzing kon zijn van de vloek die op dit schip ruste? Bang gingen de mensen terug naar hun kajuit… niemand had nog zin in dit avonturenreisje waar er al 3 personen gestorven waren voordat het nog goed begonnen was.
-----
Morkebje is het slachtoffer geworden van het rare wezen dat meevaart op dit bootje
hij was de wijze burger
ps: einde van de nacht