Graafoto woonde in een ruim en gezellig hol onder de grond. Er was een slaapkamer, een eetkamer, een studeerkamer, en alle overgebleven ruimtes dienden tot provisiekast. Vredig spendeerde hij zijn dagen, al rokend en lezend en bij tijd en wijle organiseerde hij een feest waar hij al zijn vrienden en familieleden uit de Gouw voor uitnodigde. Anders gezegd, hij leefde zijn leven precies zoals het een hobbit van stand en met goede reputatie betaamde.
Op een zachte voorjaarsavond scharrelde Graafoto net door één van de provisieruimtes voor een hartige middernachtelijke snack, toen er hard op de deur werd gebonsd. 'Momentje!' riep hij, en zocht haastig een plaatsje voor de worst, kaas, augurken en zilveruitjes in de overvolle kamer. Boem! Boem! Boem! Klonk er weer. 'Ja, ja! Moméntje!' Boem! Boem!
Gefrustreerd liet Graafoto de hapjes uit zijn handen vallen en hij stormde naar de hal in de hoop zijn groene, ronde voordeur voor meer deuken te behoeden. 'Wie is daar?' vroeg hij behoedzaam, toen hij de deur had bereikt. 'Een vriend,' klonk het antwoord.
Opgelucht deed Graafoto open en deinsde meteen weer achteruit. Op de welkomstmat stond een lange, lange gestalte: het gezicht bevond zich al verscheidene voeten hoger dan Graafoto's hobbitskruin, en daarbovenop torende een puntmuts die het geheel nog extra aanzien gaf.
'Excuseer,' mompelde Graafoto beleefd, 'maar volgens mij ken ik u niet?'
'Mijn naam is Tachondar,' antwoordde de vreemdeling waardig. 'Kan ik nu dan eindelijk binnenkomen?'
'Wel meneer Tachondar, moet u zien, nou, hoort u eens, het is niet mijn gewoonte om vreemdelingen binnen te laten, ziet u, weet u.'
'Maar mijn beste Graafoto,' zei Tachondar. 'Als je mij nu binnenlaat en we brengen samen een paar genoeglijke uurtjes bij de haard door, we roken een pijpje en vertellen elkaar verhalen uit de Donkere Tijd, dan zal het een vriend zijn die je vanavond uitlaat, en niet langer een vreemdeling. Dus wat is het probleem?'
Dat wist Graafoto eigenlijk ook niet, dus liet hij Tachondar binnen. De tovenaar - dat de vreemdeling een tovenaar was, maakte de puntmuts wel duidelijk, en hoe kon hij anders Graafoto's naam kennen? - was zo lang dat hij zijn hoofd moest buigen om niet tegen de kroonluchter te stoten. De twee stationeerden gemakkelijk bij het haardvuur en inderdaad, al na korte tijd leek het Graafoto toe alsof hij Tachondar al jaren kende. Ze praatten gemoedelijk als oude vrienden, en Tachondar vertelde dat hij op een tocht was, op weg naar de Eenzame Berg om een draak te verslaan. Graafoto lachte hem hartelijk uit: waarom zou iemand zijn leven in de waagschaal stellen als hij ook kalm en gerieflijk thuis kon blijven? Tachondar fronste verbaasd de wenkbrauwen en zei op gedempte toon: 'maar, mijn vriend, heb je dan niet van de legendarische schat van Smaug gehoord?' Dat had Graafoto inderdaad niet en de twee waren net verdwenen in een wereld van schitterende, flonkerende, lonkende woorden toen er weer op de deur werd gebonsd.
Graafoto sprong op. 'Mijn beste,' zei Tachondar, 'ik vrees dat ik een kleinigheidje heb vergeten te vertellen. Het is namelijk zo dat deze queeste niet de mijne is, maar dat ik hem onderneem samen met twee vrienden die mij achterop kwamen. Dit zullen ze zijn.'
Graafoto begaf zich op een drafje naar de deur toen het bonzen opnieuw begon en gooide die haastig open.
'Kauna, tot uw dienst.'
'Hank, tot uw dienst.'
De twee dwergen die voor de deur stonden, stelden zich bondig voor en werkten zich toen gauw langs Graafoto heen naar binnen. 'Hm,' zei Hank, en hij stak snuivend zijn neus in de lucht, 'dat ruikt goed hier, ik heb wel trek in iets.' Verbouwereerd knikte Graafoto en begaf zich automatisch richting de provisiekamers. 'Een goeie brandewijn gaat er ook wel in!' riep Kauna hem na. De arme hobbit kwam net met zijn armen vol lekkers (een zak M&M's balanceerde op een kruik brandewijn uit een goed jaar op zijn hoofd) aangehold toen er opnieuw op de deur werd gebonsd. Van schrik liet hij bijna alles vallen, maar behendig vingen Kauna en Hank alles op.
'Graafoto, mijn waarde vriend,' zei Tachondar sereen. 'Ik geloof dat ik een werkelijk domme rekenfout maakte toen ik zei dat ik met 2 vrienden op pad zou gaan. Ik bedenk mij zojuist dat het er 4 waren, en hoor, volgens mij staan ze juist voor de deur.'
Met stomheid geslagen begaf Graafoto zich weer naar zijn arme, arme voordeur, die nu aan de binnenkant al een paar barsten begon te vertonen.
'Debby, tot uw dienst.'
'Backslide, tot uw dienst.'
Twee nieuwe dwergen stampten binnen en begroetten hun collega's en de tovenaar vol enthousiasme. Enigszins verstoord was Graafoto wel, maar de goede gastheer in hem nam het over en toen hij zag dat de M&M's al bijna op waren, en ook de brandewijn erg hard ging, ging hij alweer op een holletje weg om meer te halen. Hij wilde zich net op een stoel laten zakken en de situatie proberen te overzien toen een luide BOEM! hem alweer op deed vliegen.
'Nee maar,' Tachondar schudde bezorgd zijn hoofd, 'ik geloof dat mijn geheugen me op mijn oude dag parten begint te spelen. Plots schiet me te binnen dat wij niet met 5, maar met 7 waren toen wij vertrekken. Ik denk dat de anderen zojuist zijn aangekomen, denk je ook niet?'
Automatisch holde Graafoto naar de deur en zette zijn welkomstglimlach op.
'DrWho, tot uw dienst.'
'Miejster, tot uw dienst.'
De twee hadden nauwelijks hun mantels en hoeden opgehangen aan Graafoto's al overvolle kapstok toen een luid gebonk meer bezoekers aankondigden. 'Wel verrek!' klonkTachondars stem vanuit de woonkamer. 'Zijn ze er nu al? Ik wilde je niet laten schrikken door met 9 op de stoep te staan, mijn vriend!' Graafoto luisterde echter al niet meer en gooide de deur open.
'Den Bever, tot uw dienst.'
'Moustache, tot uw dienst.'
Hun mantel en hoeden op de grond onder de kapstok neergooiend, stampten de twee nieuwkomers binnen en vielen direct op de brandewijn aan. 'De M&M's zijn op.' Backslides vragende gezicht verscheen om de hoek van de deuropening. 'Ik ga al, ik ga al,' verzuchtte Graafoto. 'Nee, nee,' wierp Backslide tegen, ik vind het zelf wel.' En de dwerg verdween in de richting van de provisiekamers. 'Neem nog wat brandewijn mee!' klonk er een stem vanuit de woonkamer. 'En nog wat van die worstjes!' riep iemand anders.
BOEM! BOEM! BOEM! De deur kraakte en viel op de grond, vlak voor Graafoto's voeten. Die jammerde zacht: de voordeur was altijd zijn trots geweest, en hij wist dat zijn buren er vol afgunst over spraken.
'Het schiet me net te binnen dat we nóg iemand bij ons hadden!' riep Tachondar. 'Maar ik beloof je dat dit de laatste is!'
'Mattio, tot uw dienst.' Klonk het.
Tot diep in de nacht werd er vanuit het Balingshuis gelachen en gezongen, gedanst en gepraat. De buren die de een na de andere dwerg naar binnen hadden zien gaan, schudden afkeurend het hoofd: dit soort ongewoon bezoek, trok alleen maar spanning en avonturen aan, buurman Balings wist duidelijk niet meer wat goed voor hem was.
BEGIN MOORDLOZE NACHT
Jullie mogen je verkiesbaar stellen/stemmen voor een burgemeester.
Deze nacht eindigt vrijdagavond 22:00u
SPELERS
Den Bever
Moustache
Graafoto
Mattio
Tachondar
DrWho
Miejster
Kauna
Hank1705
Debby
Backslide
Alle rollen kunnen in principe meedoen, ik ga ze nu versturen.
Op een zachte voorjaarsavond scharrelde Graafoto net door één van de provisieruimtes voor een hartige middernachtelijke snack, toen er hard op de deur werd gebonsd. 'Momentje!' riep hij, en zocht haastig een plaatsje voor de worst, kaas, augurken en zilveruitjes in de overvolle kamer. Boem! Boem! Boem! Klonk er weer. 'Ja, ja! Moméntje!' Boem! Boem!
Gefrustreerd liet Graafoto de hapjes uit zijn handen vallen en hij stormde naar de hal in de hoop zijn groene, ronde voordeur voor meer deuken te behoeden. 'Wie is daar?' vroeg hij behoedzaam, toen hij de deur had bereikt. 'Een vriend,' klonk het antwoord.
Opgelucht deed Graafoto open en deinsde meteen weer achteruit. Op de welkomstmat stond een lange, lange gestalte: het gezicht bevond zich al verscheidene voeten hoger dan Graafoto's hobbitskruin, en daarbovenop torende een puntmuts die het geheel nog extra aanzien gaf.
'Excuseer,' mompelde Graafoto beleefd, 'maar volgens mij ken ik u niet?'
'Mijn naam is Tachondar,' antwoordde de vreemdeling waardig. 'Kan ik nu dan eindelijk binnenkomen?'
'Wel meneer Tachondar, moet u zien, nou, hoort u eens, het is niet mijn gewoonte om vreemdelingen binnen te laten, ziet u, weet u.'
'Maar mijn beste Graafoto,' zei Tachondar. 'Als je mij nu binnenlaat en we brengen samen een paar genoeglijke uurtjes bij de haard door, we roken een pijpje en vertellen elkaar verhalen uit de Donkere Tijd, dan zal het een vriend zijn die je vanavond uitlaat, en niet langer een vreemdeling. Dus wat is het probleem?'
Dat wist Graafoto eigenlijk ook niet, dus liet hij Tachondar binnen. De tovenaar - dat de vreemdeling een tovenaar was, maakte de puntmuts wel duidelijk, en hoe kon hij anders Graafoto's naam kennen? - was zo lang dat hij zijn hoofd moest buigen om niet tegen de kroonluchter te stoten. De twee stationeerden gemakkelijk bij het haardvuur en inderdaad, al na korte tijd leek het Graafoto toe alsof hij Tachondar al jaren kende. Ze praatten gemoedelijk als oude vrienden, en Tachondar vertelde dat hij op een tocht was, op weg naar de Eenzame Berg om een draak te verslaan. Graafoto lachte hem hartelijk uit: waarom zou iemand zijn leven in de waagschaal stellen als hij ook kalm en gerieflijk thuis kon blijven? Tachondar fronste verbaasd de wenkbrauwen en zei op gedempte toon: 'maar, mijn vriend, heb je dan niet van de legendarische schat van Smaug gehoord?' Dat had Graafoto inderdaad niet en de twee waren net verdwenen in een wereld van schitterende, flonkerende, lonkende woorden toen er weer op de deur werd gebonsd.
Graafoto sprong op. 'Mijn beste,' zei Tachondar, 'ik vrees dat ik een kleinigheidje heb vergeten te vertellen. Het is namelijk zo dat deze queeste niet de mijne is, maar dat ik hem onderneem samen met twee vrienden die mij achterop kwamen. Dit zullen ze zijn.'
Graafoto begaf zich op een drafje naar de deur toen het bonzen opnieuw begon en gooide die haastig open.
'Kauna, tot uw dienst.'
'Hank, tot uw dienst.'
De twee dwergen die voor de deur stonden, stelden zich bondig voor en werkten zich toen gauw langs Graafoto heen naar binnen. 'Hm,' zei Hank, en hij stak snuivend zijn neus in de lucht, 'dat ruikt goed hier, ik heb wel trek in iets.' Verbouwereerd knikte Graafoto en begaf zich automatisch richting de provisiekamers. 'Een goeie brandewijn gaat er ook wel in!' riep Kauna hem na. De arme hobbit kwam net met zijn armen vol lekkers (een zak M&M's balanceerde op een kruik brandewijn uit een goed jaar op zijn hoofd) aangehold toen er opnieuw op de deur werd gebonsd. Van schrik liet hij bijna alles vallen, maar behendig vingen Kauna en Hank alles op.
'Graafoto, mijn waarde vriend,' zei Tachondar sereen. 'Ik geloof dat ik een werkelijk domme rekenfout maakte toen ik zei dat ik met 2 vrienden op pad zou gaan. Ik bedenk mij zojuist dat het er 4 waren, en hoor, volgens mij staan ze juist voor de deur.'
Met stomheid geslagen begaf Graafoto zich weer naar zijn arme, arme voordeur, die nu aan de binnenkant al een paar barsten begon te vertonen.
'Debby, tot uw dienst.'
'Backslide, tot uw dienst.'
Twee nieuwe dwergen stampten binnen en begroetten hun collega's en de tovenaar vol enthousiasme. Enigszins verstoord was Graafoto wel, maar de goede gastheer in hem nam het over en toen hij zag dat de M&M's al bijna op waren, en ook de brandewijn erg hard ging, ging hij alweer op een holletje weg om meer te halen. Hij wilde zich net op een stoel laten zakken en de situatie proberen te overzien toen een luide BOEM! hem alweer op deed vliegen.
'Nee maar,' Tachondar schudde bezorgd zijn hoofd, 'ik geloof dat mijn geheugen me op mijn oude dag parten begint te spelen. Plots schiet me te binnen dat wij niet met 5, maar met 7 waren toen wij vertrekken. Ik denk dat de anderen zojuist zijn aangekomen, denk je ook niet?'
Automatisch holde Graafoto naar de deur en zette zijn welkomstglimlach op.
'DrWho, tot uw dienst.'
'Miejster, tot uw dienst.'
De twee hadden nauwelijks hun mantels en hoeden opgehangen aan Graafoto's al overvolle kapstok toen een luid gebonk meer bezoekers aankondigden. 'Wel verrek!' klonkTachondars stem vanuit de woonkamer. 'Zijn ze er nu al? Ik wilde je niet laten schrikken door met 9 op de stoep te staan, mijn vriend!' Graafoto luisterde echter al niet meer en gooide de deur open.
'Den Bever, tot uw dienst.'
'Moustache, tot uw dienst.'
Hun mantel en hoeden op de grond onder de kapstok neergooiend, stampten de twee nieuwkomers binnen en vielen direct op de brandewijn aan. 'De M&M's zijn op.' Backslides vragende gezicht verscheen om de hoek van de deuropening. 'Ik ga al, ik ga al,' verzuchtte Graafoto. 'Nee, nee,' wierp Backslide tegen, ik vind het zelf wel.' En de dwerg verdween in de richting van de provisiekamers. 'Neem nog wat brandewijn mee!' klonk er een stem vanuit de woonkamer. 'En nog wat van die worstjes!' riep iemand anders.
BOEM! BOEM! BOEM! De deur kraakte en viel op de grond, vlak voor Graafoto's voeten. Die jammerde zacht: de voordeur was altijd zijn trots geweest, en hij wist dat zijn buren er vol afgunst over spraken.
'Het schiet me net te binnen dat we nóg iemand bij ons hadden!' riep Tachondar. 'Maar ik beloof je dat dit de laatste is!'
'Mattio, tot uw dienst.' Klonk het.
Tot diep in de nacht werd er vanuit het Balingshuis gelachen en gezongen, gedanst en gepraat. De buren die de een na de andere dwerg naar binnen hadden zien gaan, schudden afkeurend het hoofd: dit soort ongewoon bezoek, trok alleen maar spanning en avonturen aan, buurman Balings wist duidelijk niet meer wat goed voor hem was.
BEGIN MOORDLOZE NACHT
Jullie mogen je verkiesbaar stellen/stemmen voor een burgemeester.
Deze nacht eindigt vrijdagavond 22:00u
SPELERS
Den Bever
Moustache
Graafoto
Mattio
Tachondar
DrWho
Miejster
Kauna
Hank1705
Debby
Backslide
Alle rollen kunnen in principe meedoen, ik ga ze nu versturen.