Na onrustige, voor de begeleiding zeer, zéér lange nacht kwam eindelijk de zon op. In eerste instantie was de begeleiding zeer tevreden met hun aanpak: beide slaapzalen waren betrekkelijk rustig (dat de jointjes die onopvallend rondgingen een grote bijdrage leverden aan die rust daar hadden ze tot rond half 4 geen idee van) en om 1 uur durfden de eerste 6 volwassenen te gaan slapen, zodat ze in paren steeds een paar uur wacht konden lopen. Nog geen uur later was het met de stilte gedaan toen één van de jongeren die uit de meidenslaapzaal was gekomen voor een bezoek aan het toilet maar niet terugkwam. Zuster Ratched werd aangewezen als vrijwilliger om haar te gaan zoeken, en trof haar binnen enkele minuten achter een boom aan, waar zij rechtop, wijdbeens stond te pissen. Zij? Niet dus. Het was Graafoto. In een van één van de dames geleende vrolijk gebloemde pyjama, en met een fleurig sjaaltje om zijn hoofd geknoopt, had hij zich aan het begin van de avond in de meidenkamer geïnstalleerd. Zuster Ratched vergat prompt het hele beloningssysteem en sleurde Graaf aan zijn oor mee naar het gebouw van de leiding waar ze de rest wakker brulde. Paniek bij de leiding! Doctor Freud had gecontroleerd of in beide zalen het kloppende aantal bedden bezet was en dat betekende dat Graafoto niet als enige niet op zijn plek was... hij had met één van de meiden geruild. Wat nu? Na een kort beraad stormden begeleiders Nico Ormen en Willem Aarden de jongenskamer binnen, en vonden die in een ogenschijnlijke diepe rust. Iedereen lag met de dekens tot over de neus opgetrokken, enkelen hadden in hun slaap per ongeluk het kussen over hun hoofd getrokken. In hun slaap? Per ongeluk? Nico en Willem keken elkaar aan: waarschijnlijk hadden de jongens en de binnendringster het woedende geschreeuw van zuster Ratched gemakkelijk kunnen horen en hadden ze tijd genoeg gehad om deze verdedigingstactiek uit te denken. Maar wat nou als er een paar écht sliepen? En konden ze niet beter van deze heerlijke rust genieten zolang hij voortduurde? Uiteindelijk besloot de heer Ormen als een waakhond in de deuropening te gaan zitten. Meneer Aarden kroop gauw weer zijn bed in om de paar uurtjes nachtrust waar hij nog recht op had voor zijn dienst begon toch nog mee te pakken.
Om een uur of half 4 schoot Nico hoestend wakker. De hele kamer stond vol met een zoetig ruikende rook en Nico zag één van de lakens verdacht smeulen. 'Brand!' schreeuwde hij, terwijl hij overeind sprong, een stap in de richting van de bedden probeerde te doen om de jongens te alarmeren, door zijn aan elkaar gebonden veters onmiddellijk onderuit ging en toen hij op het voorste bed neerplofte meteen ontdekte dat dat bed en alle andere allang leeg waren.
Lachend en joelend stonden ze buiten bij elkaar: alle jongens en Natjuh, die een slobberige trainingsbroek en shirt droeg, en zodra ze haar hoofd vanonder haar kussen vandaan had gehaald direct weer het petje op had gezet dat ze eerder die avond ook had gedragen. De beide begeleiders die nu dienst hadden (ze waren Nico vergeten bij het wisselen) waren op op dit moment in de meidenkamer waar een enorm kussengevecht was losgebarsten, en de jongens hadden hun kans schoon gezien, ze hadden de kamer blauw gezet, Nico's veters aan elkaar geknoopt, en waren naar buiten geglipt. Ze hadden al ruim 10 minuten zitten pokeren toen ze meneer Ormens kreet hadden gehoord.
Al het gelach bij het zien van hoe hij met twee voeten bijeen springend uit het gebouwtje kwam, verstomde abrupt toen er een ijselijke gil opklonk in de buurt van de slaapzaal van de meiden. Algauw voegden zich nieuwe stemmen bij de eerste, en er klonk een oorverdovend gekrijs op. Als één man stormden de jongens (achtervolgd door een wanhopig huppende N. Ormen) in de richting van het geschreeuw.
Op enkele meters afstand van de deur, half verhuld in de schaduwen, lag het opgereten lichaam van doctor Freud. Eromheen stonden de meiden en een geschokte overgebleven leiding.
EINDE VAN DE 'MOORDLOZE' NACHT
Het stemmen begint.
Deze dag eindigt om 22:00u.